Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Wahlwiller.

Wahlwiller is een klein dorp, het telt circa 400 inwoners. Het ligt in het dal van de Sinsel- of Selzerbeek tussen Vaals en Gulpen. Direct langs het dorp loopt de Rijksweg die deze plaatsen verbindt. In de Romeinse tijd liep hier een heerbaan, de huidige Oude Baan, tussen Maastricht en Aken.
Hoeve Laterne aan de oude baan is al zeer oud, de eerste vermelding is uit 1442 toen de hoeve in bezit kwam van Jan III van Cosselaer, Heer van Wittem. Een jaar later verkoopt hij de hoeve aan de familie van Pallant, de latere heren van Wittem. Tot 1608 blijft de hoeve in het bezit van deze familie. In 1688 verpland Floris II van WIttem de hof aan Adolf van Belven, drost van Wittem. Het huidige woonhuis stamt uit 1813 (gevelsteen), de rest is 18e eeuws. Rondom het dorp liggen op de zuidhelling van de Kruisberg enkele wijngaarden. De eerste wijngaard ontstond in 1971 en sinds kort draagt het dorp de titel Wijndorp. De eerste wijngaard werd aangelegd door dokter Schepel, huisarts in Gulpen. Hij plantte 1000 druivenstokken aan. De wijngaard draagt de naam `Wittemer Wijngaard`. In het laatste weekend van september wordt er een bescheiden wijnfeest gevierd.
In het eerste weekend van augustus vindt in Wahlwiller een Luikse markt plaats.

Geschiedenis van het dorp.

In de 13e eeuw werd Wahlwiller Wijlre of Wilre genoemd. Rond 1350 duikt de naam Waelwilre of Wailwilre op en in 1357 Waluiler. De dorpsnamen Wahlwiller en Nyswiller verwijzen naar oude ontginningskernen. De naam "Wahl" komt van Waals of Romaans. In het begin van onze jaartelling werden de Kelten door de Germanen namelijk "Walen" genoemd. Later werden hiermee de Romaans-sprekenden aangeduid. Het achtervoegsel "-willer" kan afstammen van het Romaanse woord "villare", hetgeen "een plek behorende bij een huis of landgoed" betekent. Wahlwiller werd vermoedelijk gesticht door romaanstalige kolonisten die zich in de vroege Middeleeuwen in het dal van de Selzerbeek vestigden. Het dorpje lag aan de oude (Romeinse ?) hoofdweg van Maastricht naar Aken. De naam van deze weg is nu "Oude baan". De bewoners ontgonnen in snel tempo hun omgeving, waardoor bossen en woeste gronden verdwenen. Het beekdal, de hellingen en het plateau werden in de Middeleeuwen bijna geheel in cultuur gebracht. Bij het in cultuur brengen van de hellingen bleek dat er erosie optrad wanneer men de oorspronkelijke vegetatie verwijderde. Om die reden werden er terrassen aangelegd. De tussenliggende taluds weden verstevigd met bomen en struiken.
Wahlwiller was in de 13e eeuw een erfgoed van de Hertogen van Limburg en vormde toen met Mechelen een Heerlijkheid. Na 1288 kwam het in handen van de Hertog van Brabant.
In 1334 schonk Hertog Jan van Brabant een deel van Mechelen en Wahlwiller als leengoed aan Diederik IV, heer van Valkenburg en Monschau. In 1352 wordt dit deel aan Jan I van Cosselaer, Heer van Wittem, geschonken. Het overblijvende deel van Wahlwiller werd door Johanna van Brabant in 1354 aan de heer van Wittem geschonken en sindsdien behoorde Wahlwiller bij de Rijksheerlijkheid Wittem.

Sint-Cunibertuskerk.

Langs de Oude Baan staat de rooms-katholieke Sint-Cunibertuskerk. Wahlwiller en de Sint-Cunibertuskerk aldaar werden in 1215 voor het eerst genoemd toen Hendrik III, Hertog van Limburg, het recht om een pastoor te benoemen aan de Johannieterorde schonk. De Johannieters waren ook verplicht om te zorgen voor het onderhoud van het schip, de ramen, het koor en de altaren in de kerk. In 1624 was de kerk zo bouwvallig geworden dat het wel een schuur leek. Het interieur was verlaten en in de ramen zat geen glas meer. In 1635 bepaalde een rechter dat de Johannieters reparaties moesten uitvoeren. Toch was de kerk in het begin van de 18e eeuw weer bouwvallig. In 1708 werden opnieuw provisorische herstelwerkzaamheden uitgevoerd. In 1739 werd er onderhoud gepleegd aan het schip, hetgeen betaald werd door de Heer van Wittem. Het onderhoud aan de toren werd betaald door de parochie. In 1909 werd het schip voorzien van een gewelfd plafond. In 1934 werden de zijbeuken en het voorportaal aangebouwd. De zijbeuken zijn gebouwd uit Kunradersteen.
Het is een eenvoudig zaalkerkje met één enkele beuk. Aan de westkant staat op het dak een kleine vierkanten toren. Aan de oostzijde werd een klein, rechthoekig koor gemetseld. Dit 17e eeuwse koor heeft spitse vensters en tamelijk zware steunberen. De spitsboogvensters in het schip zijn vanwege de overwelving van het plafond vervangen door rondboogvensters met een omlijsting uit Naamse steen.
Binnenin het eenvoudige kerkje zijn moderne wandschilderingen te vinden in opvallende kleuren. Deze zijn aangebracht door Aad de Haas, een kunstenaar uit het kunstenaarsverzet die aan het eind van de Tweede Wereldoorlog in Ingber ondergedoken zat. Naderhand gaat hij in Ingber wonen en krijgt van de bevriende pater Mathot het verzoek in contact te treden met de pastoor van Wahlwiller die op zoek is naar iemand die de kerk kan beschilderen. Tussen 1946 en 1949 schilderde hij voor de kerk door de oorlog geïnspireerde "verschrikkelijke" kruiswegstaties. Deze schilderingen werden op last van de kerkelijke overheid op Goede Vrijdag 1949 uit de kerk verbannen. Ad de Haas haalde ze zelf uit de kerk weg. Na een restauratie in 1979-1981 kwamen de staties, met steun van Bisschop Gijssen van Roermond, terug in de kerk.