Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Lisa Gartung
Diploma Biologe Lisa Op den Kamp

Geboren op 07.08.1972 in München

Universitaire titel: Diplom Biologie

Onderzoeksthema:„Populationsstudien an Torfmoosen (Sphagnen) in den Mooren der Nordeifel“

Beschrijving van het onderzoek:Onderzoek naar de verwantschap van Sphagnum fallax, Sphagnum palustre en Sphagnum papillosum. Het onderzoek werd in verschillende populaties in drie verschillende gebieden uitgevoerd. Doel van het onderzoek was om vast te stellen of de individuen binnen een populatie en of de populaties op zich genetisch van elkaar verschillen. De genetische onderzoeken werden met behulp van Iso-enzymen gedaan. Verder werd de mogelijkheid tot kloonvorming van de Sphagna en de verdeling van de verschillende Iso-enzymen binnen een populatie onderzocht.

Hoofdthemas tijdens de studie: Botanie (vegetatiekundig en physiologisch), Natuurbescherming.

Specialisatie: Venen en veenmossen.

Hobbys: Wandelen, Aikido, Middeleeuwen, zorgen voor mijn twee lieve zoontjes Julian en Elias.

Lezingen:

Ik geef lezingen over verschillende onderwerpen: Hoog-en laagveen, Veenmossen, Het ontstaan van kleuren in planten en over mijn lievelingsdier: De Rode Eekhoorn.

Kinderexcursies:

Ik leidt regelmatig excursies voor kindergroepen. Onder meer kinderwagenwandelingen, maar ook tochten waarbij kinderen in de leeftijd van 6 tot 12 jaar kennis maken met de natuur.


Olaf Op den Kamp
Olaf Op den Kamp

Mijn naam is Olaf Op den Kamp, geboren op 16 december 1974 te Kerkrade, nog steeds mijn woonplaats. Al op jonge leeftijd werd mijn interesse voor natuur gewekt en was ik veel bezig met het tuinieren in mijn eigen stukje bos in tuin van mijn grootouders. Ook ging ik samen met mijn ouders en broer regelmatig wandelen in de natuur.
Op mijn achtste verjaardag kreeg ik mijn eerste verrekijker en ging bijna iedere zaterdagmorgen op stap om met mijn oudoom Hein Offermans om naar vogels te kijken. Dat was regelmatig vroeg opstaan, rond 3.30 uur was redelijk normaal. Maar nadat ik bij de eerste tocht langs de Cranenweijer al direct 3 IJsvogels kreeg voorgeschoteld, was mijn hart voor het vogels kijken gestolen.
Op zondag maakten we meestal met de hele familie en mijn oudoom met enkele bekenden lange wandelingen in Eifel en Ardennen en werd mijn liefde voor dit gebied geboren.
De Hoge Venen leerde ik kennen op een verjaardagspartijtje van een vriendje van school, hierbij bezochten we in 1985 het Fagne de la Polleur. Dit gebied bezoek ik nog steeds graag, zeker omdat ik Lisa ook hier heb ontmoet.
Na de lagere school bezocht ik het plaatselijke gymnasium in de abdij Rolduc. Daar leerde ik ook de cultuurhistorie en geografie waarderen. Door de reis naar Rome die we in de voorlaatste klas van het gymnasium maakte, begon ik steeds meer belangstelling op te bouwen voor kerken en gebouwen, en natuurlijk voor de Romeinse tijd.
De natuur bleef echter voorop staan. De vogels kwamen nu echter op de tweede plaats en ik keek vooral naar planten, met name naar orchideeën.
Na mijn middelbare schooltijd vertrok ik voor enkele jaren naar Utrecht om daar Sociale Geografie te studeren. Hier werd mijn interesse gewekt in de verbinding tussen mens en natuur, om precies te voor de historische geografie. Hierbij merkte ik dat veel dingen uit de natuur in direct verband staan met zaken die de mens heeft veroorzaakt. De zinkmijnbouw en het voorkomen van het zinkviooltje bijvoorbeeld. Of de bijzondere mycologische wereld op de stortbergen van de steenbergen. Wat hadden de vleermuizen in Limburg ´s winters gemoeten zonder de vele ondergrondse mergelgroeves ? En wat te denken van de natuur die zich ontwikkeld in verlaten steengroeves, mergelgroeves of lavagroeves. Tussen 2003 en 2008 heb ik rondleidingen verzorgt over natuur en herinrichting in de ENCI-groeve te Maastricht, hetgeen goed aansloot bij dit interesse.

Tijdens mijn studie had ik een OV-jaarkaart en een museumjaarkaart en struinde alle musea van Nederland af.
Daarna studeerde ik verder aan de lerarenopleiding aardrijkskunde aan de Fontys Hogeschool te Sittard . Van 1999 tot 2008 heb ik ook in dit beroep werk gevonden.

In mijn vrije tijd ben ik vrijwel voortdurend in de natuur te vinden. Daar ontmoette ik enkele jaren geleden ook mijn vrouw Lisa. Samen stroopten we de hele verre omgeving af en dan doen we tegenwoordig nog steeds samen met onze zonen Julian en Elias.

Mijn aandacht gaat vooral uit naar planten, waarbij ik graag naar bijzondere varens, bolgewassen, orchideeen en andere opvallende planten kijk. Binnen de dieren genieten dagvlinders de voorkeur. Naar mijn favoriete dagvlinder, de Zilveren maan (Clossiana selene), heb ik zelfs mijn andere website over vlinders genoemd. Het adres is www.zilverenmaan.com.
In de zomermaanden speur ik de beken in de Eifel en Ardennen af op het voorkomen van Bronlibellen (Cordulegaster boltonii). In andere jaargetijden zoek ik hier naar Waterspreeuwen (Cinclus cinclus) en Beversporen. In de herfst zijn natuurlijk paddenstoelen aan de orde. Hierbij probeer ik zoveel mogelijk naar boleten, amanieten en allerlei andere bijzondere soorten te kijken. Alles wordt natuurlijk op foto of dia vastgelegd. De winter wordt gebruikt voor het zoeken naar Rode kelkzwammen (Sarcosphyca coccinea) en voor het tellen van vleermuizen in de Limburgse mergelgrotten.

Naast het fotograferen van vlinders probeer ik ook andere zaken in de natuur, voornamelijk bloemen, paddenstoelen en landschappen in binnen- en buitenland op de gevoelige plaat vast te leggen. Ik fotografeer zowel digitaal als analoog. Dat betekent dat ik meestal twee camera´s meezeul.
Ook het leiden van excursies naar binnen- en buitenland en het geven van lezingen vormen een regelmatig terugkerende bezigheid. Tijdens de excursies staat met name de flora centraal, maar de dieren worden zeker niet verwaarloosd. Regelmatig organiseer ik excursies voor het Natuurhistorisch Genootschap, het IVN, de Duitse natuurorganisatie NABU maar ook voor andere groepen zoals het Catharinagilde Kerkrade en de gemeente Kerkrade. Voor een overzicht van de excursies, zie de agenda.

Verder ben ik secretaris van de Plantenstudiegroep van het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg en tevens van de Kring Heerlen van dezelfde vereniging. Het Natuurhistorisch Genootschap is een organisatie die zich inzet voor natuurstudie in Limburg.
Bovendien maakte ik van 2001 tot juli 2008 deel uit van het Algemeen bestuur van het Natuurhistorisch Genootschap. Mijn bestuurslidmaatschap werd beeindigd doordat ik vanaf 7 juli 2008 werkzaam ben bij het Natuurhistorisch Genootschap als bureaumanager. Tevens ben ik hoofdredacteur van het Natuurhistorisch Maandblad.
Van Natuurwacht Zuidoost, een organisatie die zich met name inzet voor de studie en het behoud van inheemse orchideeen, ben ik eveneens secretaris.
Ook ben ik actief voor het IVN van Kerkrade, waarvoor ik jaarlijks enkele wandelingen, excursies en de teksten op de website verzorg.

Naast het fotograferen van vlinders verricht ik ook onderzoek, zo loop ik in de zomermaanden wekelijks een monitoringsroute in de Schinveldse bossen waar dan de aantallen Bonte dikkopjes en Kleine ijsvogelvlinders geteld worden. Een verslag van de resultaten van de tellingen is te lezen in het Natuurhistorisch Maandblad van april 2008. In de herfst houd ik me vooral bezig met paddenstoelen, ook hiervoor heb ik een monitoringsplot op de Brunssummerheide. En in de winter help ik mee aan te tellingen van vleermuizen in de Zuid- Limburgse mergelgroeves.

Publicatie van foto's vond reeds plaats in diverse kranten, tijdschriften en boeken waaronder de Telegraaf, het Limburgs dagblad, de Limburgse vlinderatlas, de Atlas van de Nederlandse dagvlinders, de Natuurgids, het Natuurhistorisch maandblad, de Zoogdierenatlas van Limburg, het jubileumboek van het Natuurhistorisch Genootschap, het boek Natuurlijk Roermond, de parkgids van het Gaiapark en enkele uitgaven van Alterra.

Ook verscheen er een artikel over mij en het Zinkviooltje in het Limburgs dagblad en Dagblad de Limburger (april 2006). In diezelfde krant verscheen een intervieuw met mij over het fotograferen van vlinders (september 2007). In Limburgs Land, het programma van Ger Houben op L1-radio, werd ik uitgenodigd om te vertellen over deze website.
Daarnaast verschenen er van mijn hand artikelen over het Klaverblauwtje (augustus 2002), de Wolfsklauwen van de Brunssummerheide (januari 2007), De Kleine Ijsvogelvlinder en het Bont dikkopje in het Vosbroek (april 2008), Wild kattekruid in Limburg (), Zomerbitterling in opmars (), De Bever in de Duitse Eifel en zijn invloed op heuvellandbeken (april 2009), Paddenstoelen van de Brunssummerheide (december 2009) in het Natuurhistorisch Maandblad, een uitgave van het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg. In augustus en september 2004 stond een tentoonstelling met mijn vlinderfotos in het bezoekerscentrum Brunssummerheide van Natuurmonumenten. Deze stond in juni 2005 ook in de Kerkraadse bibliotheek. In februari 2005 en in oktober 2006 stond er in de bibliotheek te Kerkrade een tentoonstelling samen met Wim Krahmer van het IVN uit Kerkrade over de natuur en de natuurgebieden in Kerkrade.

In 2008 startte ik met een artikelenserie over Inheemse bolgewassen in het tijdschrift de Natuurgids van IVN Limburg. Hierin verschenen artikelen over Wilde narcis (maart 2008), Daslook (mei 2008), Herfsttijloos (augustus 2008), Sneeuw- en Lenteklokje, Geelsterren (februari 2009), Vroege sterhyacint (maart 2009), Bostulp (mei 2009), Kuifhyacint (juni 2009), krokussen (februari 2010), Blauwe druifjes (maart 2010), Wilde hyacint (mei 2010), Roggelelie (juni 2010), Winterakoniet (maart 2011) en Vogelmelk (mei 2011).
In oktober 2009 starte de serie Natuurgebieden in onze omgeving. Deel 1 ging over de Brunssummerheide (oktober 2009). Deel 2 over de Gebirgsbach Rur (februari 2010)., Deel 3 over het Nederlandse Roerdal (december 2010), Deel 4 over het Bunderbos (maart 2011), Deel 5 over het Ahrdal (mei 2011), Deel 6 over Landgoed Hoosden (maart 2012), Deel 7 over het dal van de Warche (mei 2012), Deel 8 over Plombières (juni 2012), Deel 9 over de Hoge Fronten (augustus 2012), Deel 10 over Buntsandsteinrotsen in het Rurdal (september 2012), Deel 11 over de Eijsder Beemden (november 2012), Deel 12 over de Rote en de Weisse Wehebach (februari 2013), Deel 13 over het Klauser Wäldchen (maart 2013), Deel 14 over de Doort (mei 2013), Deel 15 over de Schinveldse es (juni 2013) en Deel 16 over het Fagne Wallonne (juli 2013).
Tevens heb ik een zevental wandelingen gepubliceerd in de Natuurgids, deze voeren naar Nideggen (Voetspoor 179, augustus 2003), van Heimbach naar Abdij Mariawald (Voetspoor 203, augustus 2006), door het Wormdal tussen Herzogenrath en Aken (Voetspoor 186, juni 2004), door het dal van de Hohnbach bij La Calamine (Korte Tour 99, maart 2008), door Nationaalpark Eifel (Voetspoor 220, september 2008), Langs de Rur tussen Barmen en Linnich (Voetspoor 233, mei 2010), Een geologische wandeling rondom Mulartshütte (Voetspoor 238, december 2010) en door het Hürtgenwald (Voetspoor 256, maart 2013). De beschrijvingen van deze routes kunt u ook terugvinden onder het kopje wandelingen op deze website.

Op 17 april 2010 werd mijn eerste wandelgidsje met als titel: "Op zoek naar Das, Maretak en Vliegenorchis, 10 natuurrondwandelingen in Zuid-Limburg" gepresenteerd. Dit boekje bevat tien bijzondere natuurwandelingen waarbij de wandelaar steeds op zoek kan naar bijzondere planten,dieren of geologische verschijnselen in Zuid-Limburg. De wandelingen zijn klassiekers in mijn leven, ik loop ze al vanaf dat ik een jaar of 12 was ieder jaar. Zo heb ik het landschap goed leren kennen en ook de bijzondere planten en dieren die er leven. Dat wil ik graag met u delen, vandaar dat ik alles in een boekje heb vastgelegd. Na een algemene inleiding op het Limburgse landschap en een met fotomateriaal ondersteunde beschrijving van de flora en fauna volgen de beschrijvingen van de wandelingen. Deze zijn doorspekt met wetenswaardigheden over flora, fauna. geologie en cultuurhistorie. Daardoor is het meer dan zomaar een wandelboekje, het is ook een beschrijving van de Limburgse natuur.

In het voorjaar van 2012 verscheen het wandelboekje Langs mijnen en groeven. In dit boekje gaat de aandacht vooral uit naar de geologie en mijnbouw van Limburg. Ook hierin zijn 10 wandelingen door Limburg opgenomen met veel aandacht voor flora en fauna. De routes voeren langs de oude steenkolenmijnen in het Wormdal, langs de Heimansgroeve in het Geuldal, langs de grotwoningen in Geulhem, langs de ENCI-groeve en langs de Maasplassen bij Eijsden.

In april 2013 verscheen mijn nieuwste boek: "De Roer van bron tot monding" met daarin 28 rondwandelingen tussen Hoge Venen, Eifel en Roermond. Deze wandelingen varieren in lengte van 12 tot 16 kilometer en zijn beschreven als rondwandelingen. Aangezien de opeenvolgende routes vaak start- en eindpunt met elkaar delen, is het ook mogelijk de routes te verbinden tot een lange afstandswandeling van 200 kilometer langs de Roer tussen Hoge Venen en Roermond, of andersom.  Op 1 september 2013 verscheen ook de Duitse vertaling hiervan: Die Rur von der Quelle bis zur Mündung.

Ook geef ik lezingen met als onderwerpen:
"Dagvlinders in Limburg, Eifel en Ardennen", "Flora, fauna, geologie en mijnbouwgeschiedenis van de Brunssummerheide", "Ecologie en levenswijze van de Bever", "De flora van Zuid-Limburg", "Flora en fauna in Zuid-Limburg", "Vleermuizen in Mergelgrotten", "Het eiland Malta", "Orchideeen van Griekenland", "Natuur en cultuur van Marokko", "Het Perlenbachtal in de Eifel" , "Paddenstoelen, vormen- en kleurrijk" , "Mijnbouw in het Wormdal", "Vlinders en bloemen in het Moezeldal", "Gaiapark, dieren uit de dierentuin","Nationale parken in de Baltische Staten", "Nationale Parken in Spanje (deel 1 en deel 2)", "Nationaalpark Eifel", "Het Siebengebirge", "Bolgewassen", "Toscane en Umbrië, hoogtepunten van cultuur en stedenbouw" en over "Zinkflora".

In voorbereiding zijn lezingen over "De Bodensee", "Natuur en cultuur in de Duitse Eifel”, “Beukenbossen in Europa, een vergelijking tussen Nationaalpark Eifel en Nationaalpark Hainich”, “Akkerflora” , "Geur en kleur van de Provence" en “Rome, een eeuwoude cultuurstad”.