Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Raaf (Corvus corax).

De Raaf is onze grootste kraaiachtige (Corvidae). Het is ook onze grootste zangvogel, die zelfs groter is dan de Buizerd (Buteo buteo). De Raaf varieert in lengte van 54 tot 67 centimeter, de spanwijdte zelfs van 115 tot 130 centimeter. Hij kan ruim 1,5 kilo wegen. Het is een vogel die in uitgestrekte bossen broedt, maar ook in gebergten. Hij maakt een takkennest op een ontoegankelijke rotsrichel of in een boom. Raven hebben een uitgestrekt territorium en maken grote omzwervingen. Ze vormen een paar dat levenslang bij elkaar blijft. In Nederland is de Raaf met succes geherintroduceerd op de Veluwe. In de Hoge Venen worden ook van tijd tot tijd broedpogingen ondernomen. Raven zijn vaak goed te herkennen door hun opvallende roep. Ze maken luid galmende, krassende geluiden met een rollende r-klank. Zijn roep is een diep, soms 3-4 keer herhaald krok-krok. In het voorjaar laat hij diverse merkwaardige kloppende en klokkende geluiden met een weergalmend klong-toon horen.
Het verenkleed van de Raaf is geheel zwart met een groene tot blauwpaarse metaalglans. De snavel is zeer dik, hetgeen in de vlucht opvalt. Hij heeft ook een zware, soms ruige keelbevedering. Zijn vluchtsilhouet heeft een lange, proportioneel smalle vleugel met gevingerde nogal lange en smalle handvleugels en ver vooruitstekende hals en wigvormige staart. De vlucht is ook karakteristiek, vaak op vrij grote hoogte en in hoog tempo. Hierbij maakt hij langzame, maar diepe, krachtige en veerkrachtige vleugelslagen met iets naar achter gebogen handvleugels. Vaak vliegen de dieren in paren. Vaak onderneemt hij ook korte zweefvluchten op horizontaal of iets omlaag gehouden vleugels.
Raven zijn hoogontwikkelde, allerte vogels die snel kunnen leren. Ze kunnen ook een bijzonder hoge leeftijd van 40 jaar bereiken.
Het wijfje broedt vanaf februari de vier tot zes eieren uit. Na ongeveer 20 dagen komen de jongen uit het ei. Ze zijn dan nog kaal en hulpeloos. Afhankelijk van of de jongen net warmte of koelte nodig hebben, werken de ouders aan het nest. Nog eens 40 dagen later zijn de jongen oud genoeg om het nest te verlaten. Ze blijven dan echter nog een tijdlang in de omgeving van het ouderlijk nest hangen. Vaak zitten ze dan op de takken rondom het nest. Het lijkt voor een buitenstaander dan vaak of de ouders ze verwaarlozen, hetgeen natuurlijk helemaal niet zo is. Wel is hierdoor de uitdrukking Ravenmoeder in het leven geroepen.
Lange tijd hadden Raven een slechte naam als doodsvogels of galgenvogels. Onder meer in het boek „The Raven“ van Edgar Ellen Poe komen ze er slecht vanaf. Dit bracht de Raaf in Midden-Europa op het randje van uitsterven. Boeren en jagers schilderden de vogels als slecht af en schoten en vergiftigden ze. Zij vertelden onzinnige verhalen over Raven die lammeren of kalveren zouden aanvallen. Tegenwoordig staat de Raaf in de meeste Europese landen op de lijst van beschermde diersoorten. De Raaf is overigens juist zeer belangrijk in het ecosysteem, omdat hij een belangrijke afvalopruimer is. Hij zorgt er met name voor dat aas verdwijnt. Zo verhindert hij het uitbreken van allerlei ziektes. En omdat hij ook vele insecten eet, draagt hij ook bij aan het verhinderen van het uitbreken van een insectenplaag. De Germanen vereerden de Raaf nog als vogel van de wijsheid.
Raven zijn zeldaam in de Eifel, met een flinke portie geluk zijn ze echter wel te vinden. Onder meer in de omgeving van de Hoge Venen kunnen ze zo nu en dan worden waargenomen. Let hierbij vooral op hun karakteristieke roep.